Het treasurybeleid gaat over de doelstellingen, richtlijnen en limieten die voor het uitvoeren van de treasuryfunctie zijn vastgesteld. De wettelijke en provinciekaders zijn vastgelegd in:
- Wet financiering decentrale overheden (Wet fido)
- Besluit leningsvoorwaarden decentrale overheden
- Ministeriële regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden
- Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV);
- Financiële verordening Noord-Holland 2021
- Financieringsstatuut Provincie Noord-Holland 2020
- Uitvoeringsrichtlijn Leningen en Garantstellingen Noord-Holland 2020
In deze wettelijke kaders staan onder andere richtlijnen over het aangaan en verstrekken van leningen, en het verlenen van garanties uit hoofde van de publieke taak. De provincie Noord-Holland beschikt op het moment van opmaken van deze begroting niet over uitzettingen en derivaten. Deze worden ook in 2024 niet verwacht.
De belangrijkste doelstellingen van het provinciale treasurybeleid zijn:
- Duidelijke richtlijnen bieden voor het eenduidig behandelen van aanvragen voor geldleningen en garantstellingen (vanuit publieke taak).
- Zorgen voor de tijdige beschikbaarheid van de nodige financiële middelen.
- Beheersen van financiële risico’s.
- Minimaliseren van de kosten bij het beheren van geldstromen en financiële posities.
Op het moment van schrijven van deze begroting is de Treasuryfunctie in ontwikkeling. In 2024 zal de treasuryfunctie volledig zijn ingericht.
Liquiditeitsprognose
Op basis van de actuele liquiditeitsprognoses verwacht de provincie in 2024 structureel nieuwe geldleningen te moeten aantrekken om de benodigde liquiditeit op peil te houden.
De provincie gaat over tot het aantrekken van langlopende geldleningen gedurende het jaar als het 100% zeker is dat deze nodig zijn. De omvang van de leningen en het tijdstip van aantrekken worden daarom bepaald aan de hand van de liquiditeitsprognose op korte termijn. Dit om overliquiditeit en onnodige rentekosten te voorkomen. Naast de liquiditeitsprognoses die nodig zijn voor het bepalen van de omvang van de geldleningen is het ook van belang om de verwachtingen rondom de renteontwikkelingen te betrekken bij de besluitvorming over het aantrekken van langlopende geldleningen. De provincie maakt hiervoor per kwartaal een actuele rentevisie op en betrekken deze rentevisie bij het bepalen van de vorm (looptijd) van de geldleningen.
De provincie hanteert het systeem van totaalfinanciering. Dit houdt in dat niet voor iedere investering apart een lening wordt afgesloten. Investeringen worden gefinancierd uit het totaal van eigen vermogen en het lang vreemd vermogen (aangetrokken leningen). Er is dus geen directe relatie tussen een bepaald(e) investering/project en de rentelasten voor een afgesloten lening. De rentekosten worden aan de desbetreffende taakvelden met behulp van een (rente)omslag toegerekend. Hierdoor is er inzicht in de volledige kosten van de taakvelden.
Deze werkwijze is in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording (BBV), de Wet fido en het Financieringsstatuut provincie Noord-Holland 2020. De bevoegdheid voor het aantrekken van geldleningen met een looptijd langer dan 3 maanden ligt bij Gedeputeerde Staten. In de paragraaf Financiering van de begroting en de jaarstukken worden Provinciale Staten jaarlijks geïnformeerd over de actuele ontwikkelingen in het financieringsbeleid.