Risico-inventarisatie (bruto x € 1.000) | Begroting 2021 | Rekening 2021 | Begroting 2022 | Rekening 2022 | Begroting 2023 | Begroting 2024 | Afname / toename* |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Strategische risico's | € 55.964 | € 41.307 | € 33.688 | € 47.938 | € 42.060 | € 47.938 | - |
Externe risico's | € 1.783 | € 1.783 | € 3.513 | € 1.783 | € 1.783 | € 1.813 | Toename |
Overig niet gekwantificeerd | PM | PM | PM | PM | PM | PM | - |
Bruto risicobedrag | € 57.747 | € 43.090 | € 37.201 | € 49.721 | € 43.843 | € 49.751 | Toename |
Ten opzichte van de jaarrekening 2022 is het risicoprofiel nagenoeg ongewijzigd. De toename van € 30.000 wordt veroorzaakt door de actualisatie van het te verwachten dividend.
In vergelijking met de voorgaande inventarisatie (begroting 2023) is het totaal aan bruto-risico’s toegenomen met € 5.9 miljoen als gevolg van actualisatie in de jaarrekening 2022.
Overige risico's niet-gekwantificeerd
Naast genoemde risico’s onderkent de provincie een aantal risico’s die zich op dit moment zowel landelijk als wereldwijd voordoen en waarvan de omvang en eventuele schade nog niet verder te kwantificeren zijn. Denk hierbij aan:
Stikstof
De maatregelen en wetgeving vanuit de rijksoverheid om stikstof te verminderen hebben gevolgen voor de snelheid en kosten voor het uitvoeren van provinciaal beleid, zoals de verschillende grote opgaven en de aanleg, beheer en onderhoud van infrastructuur.
Inflatie
De grondstof- en energieprijzen zijn in de afgelopen periode bovengemiddeld gestegen. De verdere ontwikkeling van deze inflatie is niet goed in te schatten en wordt gezien als een risico voor provinciale activiteiten. Hierdoor is het niet mogelijk om in te schatten of de indexatie die de provincie toepast toereikend zal zijn. Wanneer voor de inkomstenstroom geen sprake is van een vergelijkbare prijspeilstijging is dit een risico. Dit kan leiden tot hogere exploitatiekosten en/of hoger benodigde kredieten (wat leidt tot hogere kapitaallasten).
Indexering op begrotingen omgevingsdiensten
Hier is sprake van als de indexering op de begrotingen van de verschillende omgevingsdiensten hoger uitkomt dan eerder is begroot. Het gaat hier om de gewogen indexeringscijfers ten aanzien van cao en prijsinflatie materiele kosten. Timing van deze indexering is afhankelijk van de gemeentelijke cao-onderhandelingen, waarvan de afsluiting niet samenvalt met de provinciale planning- en controlcyclus. Dit kan leiden tot onverwacht hogere kosten.
De provincie heeft als deelnemer in de gemeenschappelijke regelingen het recht om een zienswijze in te dienen op de begrotingen van de omgevingsdiensten. Bij het afsluiten van de uitvoeringsprogramma’s kan de provincie het totaal af te nemen dienstenpakket proberen te verminderen om de effecten van het risico te beperken. Het risico loopt de provincie eens per jaar en komt elk jaar terug sinds de provincie deelneemt in de gemeenschappelijke regelingen. De hoogte van het risicobedrag kan niet worden bepaald. Het risico heeft zich voorgedaan in 2023.
Klimaatverandering
De klimaatverandering is merkbaar in de wereld. Ook op de wegen en waterwegen van de provincie heeft het klimaat invloed. Dit brengt meerdere risico’s met zich mee. Als beheerder wordt zij geconfronteerd met grote afwisseling van natte en droge periodes en meer waterafvoer rond wegen en waterwegen. Het ontwerp van de infrastructuur is gebaseerd op klimaatuitgangspunten waar minder extreme situaties voorkomen. In de komende jaren zullen er meer en andere situaties optreden waar de infrastructuur en omgeving niet op is ingericht. Dit kan leiden tot schade bij wegen.
Ook kunnen dijken last krijgen van klimaatveranderingen. Daarnaast kan verhoging van het grondwaterpeil effect hebben op wegen en waterwegen. Dit heeft weer gevolgen voor de fundering van wegen, bruggen of viaducten. Door het monitoren van het provinciaal areaal houdt de provincie deze risico’s in beeld.
Faunaschade
Onder programma 5.2 Beheren van natuur wordt rekening gehouden met faunaschade. De hieraan gerelateerde tegemoetkoming varieert door verschillende externe componenten waar de provincie geen invloed op heeft. Hierdoor loopt de provincie het risico dat de compensatie hoger uitvalt dan oorspronkelijk begroot.
Vervanging en realisatie
Het einde van de levensduur van infrastructuur en kunstwerken zorgt voor een opgave die niet goed is te voorspellen. Dit komt bijvoorbeeld door veroudering en zwaardere belasting. De wegbeheerders Rijkswaterstaat, de gemeenten in Noord-Holland en de provincie staan voor dezelfde uitdaging. De opgave is om gezamenlijk op te trekken en de risico’s en nadelige gevolgen zo klein mogelijk houden. Voor de gebruikers, maar ook voor de beheerders. Dit betekent afstemmen en samen optrekken bij het vervangen van de infrastructuur.
Areaal data
De provincie werkt eraan om de areaaldata zowel kwantitatief als kwalitatief verder op orde te krijgen. De kwaliteit van de data kan financiële gevolgen hebben, omdat de verwachte (begrote) vervangopgave en onderhoudslasten af kunnen wijken van de werkelijke situatie. Het areaal en daarmee de beheerlasten komen steeds beter in beeld, waardoor voorspellingen steeds nauwkeuriger worden.
Cybersecurity
Het aantal cyberincidenten neemt elk jaar toe. De provincie moet er rekening mee houden dat ze getroffen zal worden. Het is daarom belangrijk om te voldoen aan de gestelde securitynormen en daar proactief invulling aan te geven. Dit vermindert de kans op cyberincidenten. Als een cyberincident zich voordoet, dan kan dit leiden tot hoge kosten, reputatieschade en inbreuk op het vertrouwen in de overheid.
Personeelsschaarste
Zowel kwalitatief als kwantitatief heerst er personele schaarste. Door de huidige krapte op de arbeidsmarkt zijn vacatures lastig in te vullen. Dit geldt voor zowel het aantrekken van vast als van tijdelijk personeel. Als gevolg hiervan kan de doorloop van projecten en het behalen van provinciale doelstellingen in het gedrang komen.
Hogere kwaliteitseisen assets
Aanscherping van wet- en regelgeving kan zorgen voor hogere kwaliteitseisen aan assets. Dit leidt in het geval van vervanging en/of onderhoud tot hogere investeringen en/of lasten.
PFAS
Bij civiele werken moet de grond worden onderzocht op de aanwezigheid van PFAS. Indien de grond meer schadelijke stoffen bevat dan de norm toestaat, heeft dit vertraging in de projecten tot gevolg.