Beheren van natuur

Voor de komende jaren zijn volgende doelstellingen geformuleerd:

1. Effectief beheer van het Natuurnetwerk Nederland (NNN) en agrarische natuurgebieden conform de daartoe landelijk vastgestelde beleidsdoelen en criteria.
2. Het beschermen en behouden van de van oudsher in Noord-Holland aanwezige weidevogel populatie.
3. Effectief beheer van Natura 2000-gebieden.
4. Het beschermen, behouden en herstellen van bedreigde dier- en plantsoorten door middel van ‘passieve’ en ‘actieve’ soortenbescherming.
5. Effectieve bestrijding van invasieve exoten.
6. Het bevorderen van dierenwelzijn.
7. Het leveren van een bijdrage aan het voorkomen van faunaschade en het – conform geldend beleid – compenseren van faunaschade.
8. Effectief beheer van recreatiegebieden en recreatieve routes

1.1   Het vaststellen van het Natuurbeheerplan (NBP) en het verstrekken van subsidies via het Subsidiestelsel Natuur en Landschap (SNL) .

1. Uitvoering geven aan het Actieplan Weidevogels en het Aanvalsplan Grutto , die een breed pakket aan maatregelen bevatten om de weidevogelpopulatie stabiel te houden.

3.1   De provincie Noord-Holland is het bevoegd gezag bij het vaststellen van de beheerplannen voor 14 Natura 2000-gebieden binnen de provincie . Samen met belanghebbenden uit de omgeving, zoals (agrarische) ondernemers, gemeenten en natuur-, recreatie- en waterbeheerders, zorgt de provincie dat we de kwaliteit van de natuur en de staat van instandhouding voortdurend monitoren voor alle doelen van de beheerplannen. Iedere zes jaar worden met behulp van deze informatie de beheerplannen geëvalueerd en zo nodig geactualiseerd en opnieuw vastgesteld.

1. Ten aanzien van ‘passieve’ soortenbescherming kunnen gemeenten in afstemming met de Omgevingsdienst Noord-Holland Noord werken aan een soortenmanagementplan als onderbouwing voor een gebiedsgerichte ontheffing. Hierdoor kan in een (deel van een) gemeente aan de slag worden gegaan met de isolatieopgave. Ten aanzien van ‘actieve’ soortenbescherming neemt de provincie beschermende maatregelen bij werkzaamheden in het NNN, Natura 2000-gebieden en het (agrarisch) natuurbeheer. Ook daarbuiten ontwikkelt de provincie, in lijn met het Masterplan biodiversiteit, projecten ter bescherming van soorten waarvoor Noord-Holland een bijzonder verantwoordelijkheid heeft, zoals de tengere distel, de kwabaal, het locomotiefje, graslandvlinders en de otter.

5.1   We bouwen samen met de betrokken partijen verder aan de aanpak van invasieve exoten . Dit is onder meer gebaseerd op kennisuitwisseling en de ontwikkeling van handelingsperspectieven.
6.1   De Wet natuurbescherming kent een zorgplicht voor dieren die in het wild voorkomen. Wanneer het aantasten van dierenwelzijn echter onvermijdelijk is – bijvoorbeeld bij de bestrijding van gewasschade door ganzen – verplicht de provincie in haar ontheffingen het gebruik van de laatste wetenschappelijke inzichten over methoden die het dierenwelzijn zo min mogelijk aantasten. In haar eigen Voedselvisie 2020-2030 staan de kansen en uitdagingen om een duurzaam voedselsysteem te bewerkstelligen.
7.1   De provincie heeft de wettelijke plicht om agrarische ondernemers een tegemoetkoming te verstrekken in de schade die wilde dieren aan hun gewassen veroorzaken. Hier is sprake van wanneer deze ondernemers worden belemmerd bij het beheer en bestrijden van schade, en het gaat om wettelijk beschermde diersoorten. Hierbij hanteert de provincie in 2024 een eigen risico van 5%. Daarnaast levert de provincie via BIJ12 een bijdrage aan het ontwikkelen en optimaliseren van preventieve maatregelen om faunaschade te voorkomen.
8.1   De provincie is deelnemer in diverse recreatieschappen en levert op die manier een bijdrage aan het beheer. Aandachtspunt is het verbeteren van de governance in de recreatieschappen. Op basis van de Visie Recreatie en Toerisme werkt de provincie aan de strategie van bestemmingsmanagement en bestemmingsontwikkeling. De provincie zet onder meer in op een betere verbinding tussen recreatiegebieden, het creëren van aantrekkelijke startpunten en het verschaffen van bezoekersinformatie over gebieden. In de komende jaren wordt naar verwachting ook het Wandelnetwerk Noord-Holland afgerond. Verder heeft de verdichting en het oplossen van knelpunten binnen het bestaande wandelnetwerk de aandacht. 

• In het Coalitieakkoord is vanaf het jaar 2024 structureel € 2,5 miljoen per jaar toegevoegd aan het budget voor Faunaschade om het eigen risico naar 5% te verlagen.
• De daling in de begrote lasten van 2025 naar 2026 komt voornamelijk doordat 2025 het laatste jaar is van de toegekende middelen voor Aanpak stikstofopgave (Kaderbrief 2023, regel 11).